In grasland en in loofbos, vaak rond mossige berkenstammen in berkenbroekbos. Ook aangetroffen in vochtige duinvallei met kruipwilg; zeer zeldzaam (Texel, Roermond).
Vruchtlichamen collybia-achtig. Hoed 10–50 mm, klok- tot halfbolvormig, dan gewelfd, met iets ingedrukt centrum, geheel fijn viltig, later opbrekend in schubjes, niet doorschijnend gestreept, bleek oker, vers met duidelijk lilaroze to roze-violette tint, die echter onder invloed van het zonlicht snel verdwijnt. Plaatjes uitgebocht aangehecht, wit dan roze met gelijk gekleurde, gewimperde snede. Steel 10–75 × 1–4 mm, wit tot gelig-oker, dicht zilverig-vezelig. Geur en smaak onbeduidend. Sporen 10–13 × 6,5–9(–9,5) µm, 6-7-hoekig in zijaanzicht. Lamelsnede geheel steriel met cilindrische of smal knotsvormige cheilocystiden. Gespen afwezig.
In verse staat heeft dit paddenstoeltje een mooie lila tot violette tint op de hoed, die echter heel snel onder invloed van het zonlicht verdwijnt, waarna de hoed okerkleurig is. Soms kun je die lila-violette tint nog zien onder een grasspriet die op de hoed gekleefd zit. Oude exemplaren kunnen doen denken aan okerkleurige varianten van de Sneeuwvloksatijnzwam, E. sericellum, die echter gemakkelijk te onderscheiden is aan de gespen in het vruchtlichaam en de niet geheel steriele lamelsnede.
Bezoekadres & postadres
Toernooiveld 1
6525 ED Nijmegen
info@paddenstoelenonderzoek.nl
ANBI-stichting
Paddenstoelenonderzoek Nederland is een ANBI-stichting en maakt onderdeel uit van Stichting Natuur Onderzoek Nederland.